De Witwaswet, gewijzigd door de wet van 18 januari 2010, legt diverse verplichtingen op aan o.a. banken, verzekeringsmaatschappijen, notarissen, advocaten en de cijferberoepen, om het gebruik van het financieel stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme te voorkomen. Er wordt van deze beroepen verwacht dat zij de wetgeving kennen om hun wettelijke en deontologische verplichtingen te kunnen nakomen.
Het tweede deel uit deze reeks rond witwaswetgeving is bedoeld om atypische verrichtingen te leren onderkennen. Vooreerst worden de indicatoren en de structuur van een witwasoperatie behandeld, aan de hand van de witwasknipperlichten. Deze opleiding helpt de beroepsbeoefenaar om verrichtingen die verdacht zijn te detecteren en deze op een correcte manier te beoordelen. Vervolgens worden de onderliggende misdrijven, de modus operandi en de diverse strategieën om geld wit te wassen besproken. Tenslotte worden nog enkele veel gebruikte begrippen toegelicht.
Komen onder meer aan bod: injectie, opeenstapeling, integratie, georganiseerde misdaad, drughandel, mensenhandel, milieucriminaliteit, namaak, manipulatie van aandelenkoersen, oplichting, misbruik van vennootschapsgoederen, faillissement, modus operandi, smurfing, het gebruik van doorsluisrekeningen, het gebruik van stromannen, Hawala-bankieren, money mules, schermvennootschappen, cash-generatoren, het gebruik van de tussenkomst van niet-financiële beroepen, de rekening-courant en vrijhandelszones.
Kortom, na het volgen van deze 2-delige opleiding heeft de Witwaswet geen geheimen meer voor u.